Verklarende woordenlijst - voordeuren

verklaren wij de meest gebruikte termen betreffende voordeuren.

Voordeuren met vleugeloverdekkende panelen is een constructiemethode waarbij gebruik wordt gemaakt van dubbelzijdige overdekkende panelen, meestal van aluminium, die zodanig op elkaar zijn afgestemd dat het deurblad, zowel aan de binnen- als aan de buitenzijde, één vlak vormt. Deze oplossing zorgt voor een moderne en elegante uitstraling.

RVS-decor - een decoratief element van roestvrij staal dat op het deurblad gemonteerd wordt. Decoren kunnen qua vorm en uiterlijk bijna onbeperkt naar uw individuele wens en ontwerp worden vervaardigd.

Decor: - een decoratief element gemonteerd op een deurblad, gemaakt van gelakt, gefineerd aluminium, ook van roestvrij staal of steenfineer.

Intarsia (inlegwerk): een decoratieve vulling van het freeswerk, gemaakt van roestvrij staal, gelijk met het oppervlak van het deurblad of vooruitspringend.

Freeswerk: een decoratief element op de voordeur, gefreesd tot een bepaalde vorm en indeling, waardoor de voordeur een uniek uiterlijk krijgt.

Deurkruk (meestal in de vorm van een handvat): een element dat wordt gebruikt om een deur te openen. We verdelen deurkrukken in types naargelang het schild waarop ze worden gemonteerd.
Er wordt onderscheid gemaakt tussen lange schilden - langwerpige schilden waar de kruk en het sleutelgat op zitten en zogenaamde gedeelde schilden (rozet en cilinderplaatje apart) die uit twee delen bestaan, waarvan de onderste deel een sleutelgat, een cilinderslotgat of WC-sluiting heeft.

Beglazingspakket. is een standaardoplossing voor beglazing van ramen en deuren. De standaard oplossing zijn tegenwoordig dubbele en driedubbele beglazingspakketten, gescheiden door een afstandhouder en gevuld met edelgassen. De ruimte tussen twee ruiten die door een afstandshouder van elkaar zijn gescheiden, wordt een kamer genoemd. Er zijn beglazingspakketen met een, twee of drie kamers tussen de ruiten.

Het deurblad: is het grootste element van de deur, die ook in de grootste mate het uiterlijk van de deur van buiten en van binnen bepaalt.

De drempel is het onderste deel van het deurkozijn, boven de vloer. De drempel zorgt voor de functionaliteit van de deur en beschermt het interieur tegen koude. Een aluminium drempel met thermische onderbreking wordt standaard gebruikt bij aluminium deuren met vleugeloverdekkende panelen.

Een deurtrekker is een decoratief element van de deur die als kruk werkt, waarmee u de deur kunt openen.

Zijlicht/bovenlicht is een aanvullend vast beglaasd element van de deur. De zijlicht/bovenlicht bestaat uit een frame en een beglazingspakket. Zijlichten/bovenlichten kunnen worden geïnstalleerd aan één kant van de deur, aan beide kanten en/of erboven. Het gebruik ervan laat meer licht in de gang komen en maakt van de voordeur de visitekaartje van uw huis.

Het deurblad is het beweegbare, opengaande deel van de deur. Het is voorzien van een handgreep waarmee u de raamvleugel kunt bedienen.

Het deurkozijn, ook wel het frame genoemd, is het structurele element van de deur dat in de muur is gezet en de deur permanent met de deuropening verbindt. Een of meer vleugels zijn via scharnieren aan het kozijn bevestigd.

WK (weerstandsklassen), bepalen het niveau van de inbraakbeveiliging van ramen en deuren in een schaal van zes klassen. In de sector van de eengezinswoningen worden meestal producten van de klassen RC2 en RC3 gebruikt. De norm PN-EN 1627 beschrijft zes klassen van weerstand tegen inbraak van onder meer ramen en deuren, en definieert de verwachte methoden van de mogelijke inbraak. Certificaten ter bevestiging van een verhoogde weerstand tegen inbraak worden afgegeven door geaccrediteerde certificatie-instellingen die actief zijn op het gebied van conformiteitsbeoordeling.

Cilinderslot is een element dat de toegang tot het interieur beveiligt en de veiligheid van het huis garandeert. Cilinderslotten worden meestal met een sleutel bediend.

Een deurslot of meerpunts sluiting (espagnolet) is een mechanisme dat in het deurblad is ingebouwd. Het beschermt de toegang tot het interieur en zorgt voor voldoende stabiliteit en veiligheid van de deur.

De warmteoverdrachtscoëfficiënt is de waarde die aangeeft hoeveel warmte er per vierkante meter oppervlakte (bijvoorbeeld van een raam of deur) in één uur verloren gaat als de buitenluchttemperatuur één graad lager is dan de temperatuur binnen.
De warmtedoorgangscoëfficiënt wordt aangeduid met het symbool U [W/m²K]. Hoe lager de waarde, hoe beter. Een lage warmteoverdrachtscoëfficiënt betekent dat ramen en deuren goede warmte-isolerende eigenschappen hebben en minder warmteverlies veroorzaken.

Een deurscharnier is een element van beslag waarmee een deur kan bewegen. Scharnieren bestaan meestal uit twee scharnierende delen, waarvan het ene aan het deurblad en het andere aan het deurkozijn is bevestigd. De meest gebruikte oplossingen zijn rollenbandscharnieren, die op de deur zichtbaar zijn, en verdektliggende scharnieren, die zo ontworpen zijn dat ze niet te zien zijn wanneer de deur gesloten is.

Roeden zijn decoratieve, dunne latjes die de ruiten in vakken verdelen. De meest gebruikte oplossingen zijn tegenwoordig wienersprossen, waarbij van buitenaf op de glasruiten latjes of roeden worden gelijmd, of de zogenaamde spouwroeden die in dubbele beglazing (in de spouw) worden geplaatst.